Biografie Clement, Mathieu
Mathieu Clement wordt op 25 september 1905 in Stratum geboren. Vader Clement is architect/aannemer en heeft zijn bedrijf aan huis. Mathieu is het vijfde kind uit een gezin van zeven kinderen (drie jongens en 4 meisjes). In 1919 meldt Mathieu zich aan voor de 1e klas van de HBS op het Sint-Joriscollege in Eindhoven. Hier heeft hij ongetwijfeld zijn eerste opleiding in tekenen gekregen van de toenmalige tekenleraar van het Sint-Joriscollege J.J.J.M. Zwijsen. In 1925, direct na het verlaten van de HBS, solliciteert Mathieu naar een baan als tekenaar bij Philips. Bij zijn sollicitatie overlegt hij aan ir. L.C. Kalff, artistiek leider van de afdeling Reclame, enige schetsen die hij in zijn vrije tijd buiten gemaakt heeft. Kalff moet wel iets in die jonge twintigjarige knaap gezien hebben, want Mathieu wordt als beginnend reclametekenaar aangenomen.
Mathieu heeft het vak snel onder de knie gekregen. Hij heeft natuurlijk veel van Kalff opgestoken en ook zijn oudere collega-ontwerpers zullen zeker ook hun steentje hebben bijgedragen. Maar primair is het zijn eigen grote talent dat hem zo snel en zo krachtig doet presteren. Al in de loop van 1927 verschijnen de eerste reclameplaten die door Mathieu zelf zijn gesigneerd. Aangenomen mag worden dat hij dan reeds als volleerd ontwerper wordt beschouwd. Hoewel het werk soms met conflicten gepaard gaat, leidt dit volgens Kalff nooit tot echte strijd. De conflicten zijn eerder aanleiding tot amusante en vriendschappelijke gedachtenwisselingen.
In 1927 raakt de jonge ontwerper in een crisis. In een brief van 20 oktober 1927 aan zijn broer Jan op Sumatra in Nederlands Oost-Indië schrijft hij dat hij geen inspiratie meer heeft. Hij heeft opdracht om "Philips Radioprentjes" te maken, maar dat wil maar niet lukken. Op aanwijzing van Joost Smit, reclamechef bij Philips, en in overleg met Kalff krijgt hij een extra vakantie. Ze sturen Mathieu naar Amsterdam waar hij logeert bij een employé van het advertentiebureau De la Mar waar Philips goede contacten mee onderhoudt. In zijn brief klaagt Mathieu steeds over vermoeidheid, maar hij werkt ondertussen wel een druk programma af. Hij bezoekt het Rijksmuseum, waar hij vooral getroffen wordt door de schilderijen van Breitner, het Stedelijk Museum, het Koloniaal Museum en verschillende kunsthandelaren op het Rokin. Natuurlijk worden ook Artis en het Begijnhof niet overgeslagen. In de Stadsschouwburg ziet hij de voorstelling Cyrano de Bergerac met in de hoofdrol Jan Musch. Ook bezoekt hij een Russisch variété in de Hollandse Schouwburg. Bij de Stoomvaartmaatschappij Nederland bekijkt hij een groot schip dat op Nederlands Oost-Indië vaart. Ten slotte maakt hij een strandwandeling van Zandvoort naar IJmuiden. Als Mathieu terugkomt van vakantie, is hij nog steeds moe en hij wordt ziek. De dokter vindt dat hij geen sterke longen heeft. In een volgende, ongedateerde brief meldt hij dat hij eigenlijk bij Philips weg wil, maar dat dat om financiële redenen niet gemakkelijk is. Verder schrijft hij dat het aantal reclameontwerpers bij Philips gestegen is tot acht .Wat er met Mathieu gebeurd is in zijn crisisperiode zal wel nooit meer te achterhalen zijn. Wel is duidelijk dat hij weer inspiratie gekregen heeft, want in de loop van 1928 maakt hij zijn "Philips radio-prentjes". Er zijn twee reclameplaten van Mathieu bekend waarop het eerste radioapparaat van Philips voorkomt. De ene reclameplaat komt voor op een folder bestemd voor Franse markt en is gedateerd op 15 juli 1928. De andere plaat komt voor in de Kerstnummers van de Haagsche Post en de Groene Amsterdammer van 1928. Beide platen kunnen tot het beste deel van zijn werk gerekend worden. Op geraffineerde wijze wordt het Philips radio-apparaat geassocieerd met begrippen als "modern" en "vooruitstrevend". Het is duidelijk dat met dit apparaat het ultieme geluk binnen ieders bereik is gekomen.
Kalff zou dit werk later karakteriseren als "een gunstige vermenging van duitsch modernisme en franschen smaak, zonder in de uitersten van een dier richtingen te vervallen" en "er ligt een klaarheid en zuiverheid in zijn teekeningen, die men slechts zelden aantreft." In de kerstplaat heeft Mathieu zijn door hem zelf in zijn vrije tijd ontworpen en gemaakte meubels afgebeeld. Blijkbaar is Mathieu geïnspireerd door het werk van de Stijlgroep in het algemeen en Rietveld in het bijzonder. Een ander opmerkelijk feit is dat vanaf begin 1928 Mathieu zijn reclameplaten anders gaat signeren. Signeert hij eerst meestal met "MC" in normale hoofdletters; na zijn crisis wijzigt hij dit in een hoekige "M" en "C", waarbij de "M" in de "C" wordt geplaatst (zie de signaturen aan het eind van dit artikel).In zijn vrije tijd zit Mathieu niet stil. Het ontwerpen en vervaardigen van meubels is - zoals eerder gemeld - een van zijn activiteiten. Misschien is Mathieu door zijn werk als meubelontwerper in contact gekomen met de N.V. Houtindustrie “Picus” te Eindhoven, want voor deze fabriek ontwerpt hij wat drukwerk. Vermoedelijk heeft hij ook het bestaande logo van de fabriek (een specht op een boomtak) gestileerd. Mathieu is lid van de toneelclub "Het Zuiden", waarvan hij toneeldécorateur en programontwerper is. Schilderen is een andere bezigheid van Mathieu. De familie Clement heeft nog diverse schilderijen van de hand van Mathieu in het bezit. Naast al deze artistieke hobby's is Mathieu ook sportief actief. Hij is lid van de voetbalvereniging EVV Eindhoven en speelt in het tweede elftal.
In zijn werk lijkt het met Mathieu weer goed te gaan. Er verschijnen diverse reclamewerkjes van zijn hand in 1928 en 1929. Privé heeft hij wel problemen te overwinnen. Nadat zijn moeder al eind 1923 was overleden, sterft zijn vader op 31 maart 1928. Zijn tante, Wilhelmina van de Rijt, neemt de taak van gezinshoofd op zich. In november 1928 verhuist het gezin van de Stratumse Dijk naar de Valklaan in Eindhoven. Half juli 1929 openbaart zich bij Mathieu een ziekte aan de bijnieren die ongeneeslijk blijkt te zijn (volgens artsen van nu wijzen de symptomen in de richting van de ziekte van Addison). Na enkele dagen ziekte sterft hij op zaterdag 20 juli 1929, nog geen 24 jaar oud.Het spreekt voor zich dat de dood van Mathieu een grote schok veroorzaakt bij familie en kennissen. Onder grote belangstelling vindt op dinsdag 23 juli de begrafenis plaats in de parochiekerk van de H. Antonius in het Villapark. Namens EVV Eindhoven wordt een fraaie bloemenkrans naar zijn rustplaats meegedragen. De heer Blom - secretaris - vertegenwoordigt de voetbalvereniging. Onder de aanwezigen zijn ook leden van de toneelvereniging, vrienden, oud-studenten van het Sint-Joriscollege en collega's. Kalff is namens de N.V. Philips aanwezig. Om elf uur bereikt men het kerkhof waar door een van de oud-studenten enige woorden van afscheid gesproken worden . Een jaar later zegt Kalff in een artikel in De Groene Amsterdammer: "Ik ben er van overtuigd dat hij een groot talent bezat en dat hij bij een langer leven zeker tot grote dingen in staat was geweest."
In een overzicht van de Nederlandse affichekunst gepubliceerd in 1948 komt ook de naam van Clement voor. Over hem wordt gezegd: "De helaas te vroeg overleden maar uiterst begaafde jonge reclame-ontwerper Clement, verbonden aan het Philipsconcern, maakte in deze zelfde jaren affiches voor deze onderneming, die een stijl vertonen welke in ons land toen nog vrijwel niet werd toegepast."
Signatuur:
Bronnen:
- Bevolkingsregister Eindhoven (Regionaal Historisch Centrum Eindhoven).
- A.L.J.M. van der Heijden, Geschiedenis van het Sint Joriscollege (1917-1977).
- Otto van Tussenbroek, Bij het werk van wijlen M. Clement in De Groene Amsterdammer, 5 juli 1930.
- Een jonge doode in De Reclame, augustus 1929.
- Schrijven van Mathieu Clement d.d. 20 oktober 1927 aan Jan Clement (col. mevr. C.C.M. Clement-Schellens).
- Schrijven Mathieu Clement, tekst op congresblad, [z.j.] (col. mevr. C.C.M. Clement-Schellens).
- Meierijsche Courant, 23 juli 1929.
- Mededelingen mevr. C.C.M. Clement-Schellens d.d. 28 januari 1994.
- W.H. Benier, Langs reclamewegen in Revue der Reclame, juni 1948.
Voor meer werk van Mathieu Clement klik hier.